
De Gouden Erfenis: Koreaanse Sterren met een Succesvolle Achtergrond
De nieuwste aflevering van '20th Century Hit Song' op KBS Joy belichtte op 14 mei de getalenteerde artiesten die geboren zijn met een zilveren, of beter gezegd, gouden lepel in de mond. De show, met het thema 'Gouden Lepel Zangers', bracht een ode aan artiesten met indrukwekkende familiewortels.
Op nummer 10 staat Kim Jin-pyo met zijn hit 'With Malice'. Kim's grootvader was een pionier in de Koreaanse schrijfgerei-industrie, oprichter van de eerste Koreaanse vulpennenfabriek, en werd geëerd met diverse onderscheidingen. Presentator Kim Hee-chul merkte op dat Kim's kinderfoto's uit 1978 al een kleurenspectrum en een 'Made in USA'-muts toonden, wat destijds zeer zeldzaam was.
De 9e plaats is voor Jeon Young-rok met 'Looks Like a Dark Night Still'. Als zoon van de legendarische acteur Hwang Hae en topzangeres Baek Seol-hee, was Jeon een 'talentvolle gouden lepel'.
Op 8 staat KOKO met 'Nowadays We'. Lid Yoon Hyun-sook's vader was een generaal en vice-minister op het Ministerie van Defensie. Yoon deelde haar trots op haar vaders militaire carrière.
De 7e positie is voor Pippi Band met 'Hello'. Zangeres Lee Yoon-jung's vader was hoofdredacteur van een krant, hoofd van de persafdeling van het presidentschap, en later voorzitter van de Commissie voor Communicatie en Media.
Op 6 vinden we Lee Seung-cheol met 'Don't Say Goodbye'. Hij stamt uit een 'onderwijs-gouden lepel'-familie, aangezien zijn grootvader de oprichter was van de prestigieuze Daeshin High School. Lee genoot zelfs speciale privileges zoals het eten van Jjajangmyeon buiten schooltijd.
Kim Won-joon's 'After Everyone Falls Asleep' staat op nummer 5. Bekend als de 'Flower Prince van Banpo', kwam hij uit een familie van medische professionals; zijn vader was ziekenhuisdirecteur en zijn moeder verpleegkundige. Zijn kinderfoto's toonden dure muziekapparatuur zoals een platenspeler en piano, ongebruikelijk voor die tijd.
Op de 4e plaats staat Koyote met 'Meeting'. Oprichter Cha Seung-min, de zoon van een succesvolle ondernemer, zorgde ervoor dat de groep vanaf het begin in een bus rondreisde.
De 3e plaats is voor S.Papa's 'It's a Good Thing'. Tak Jae-hoon, de 'Remicon Prince', is de zoon van een ondernemer met een jaarlijkse omzet van 18 miljard won. Ondanks een directeursfunctie die zijn vader hem aanbood, koos hij voor een zangcarrière.
Op 2 staat COOL met 'The Reason I Wanted It to Be You'. Lid Lee Jae-hoon's vader was de oprichter van een luxe meubelmerk. Lee werd als kind vaak een 'jonge heer' genoemd en grapte dat hij dacht dat dat zijn echte naam was.
De 1e plaats ging naar Nam Jin met 'Don't Change, My Love'. Afkomstig uit een welgestelde familie in Mokpo, had zijn vader een krantenbedrijf en was hij parlementslid. Hij liep rond als een 'jonge heer' en de familie bezat zelfs de enige auto en jacht in de regio Jeonnam.
Koreaanse netizens reageerden enthousiast op de onthullingen over de achtergrond van deze artiesten. Velen prezen hun talent dat ondanks hun bevoorrechte positie duidelijk naar voren kwam. Reacties variëren van "Ze hadden alles, maar hun talent is echt bewonderenswaardig" tot "Het is fascinerend om te zien hoe ver ze kwamen met hun eigen inspanningen."